De nazikerkers van Trawniki vertellen het verhaal van de slachtoffers én de daders

dinsdag, 9 september 2025 (20:03) - Trouw

In dit artikel:

In het Oost-Poolse dorp Trawniki legt een internationaal archeologisch team onder leiding van Caroline Sturdy Colls het weinig onderzochte maar cruciale verleden van een nazi‑opleidingskamp bloot. Trawniki was tussen 1941 en 1944 niet alleen een dwangarbeiderskamp voor Joden en een Sovjet‑krijgsgevangenenkamp, maar ook de trainingsplaats voor de zogeheten Trawniki‑mannen: hulppersoneel dat door de nazi’s werd opgeleid om als bewakers, uitvoerders en facilitators in vernietigingskampen te fungeren.

Ondergronds hebben onderzoekers in vochtige kelders tientallen ingekerfde namen, datums (voorjaar 1943–najaar 1944), streepjes en zelfs getekende portretten aangetroffen. Die inscripties, gekrast in baksteen en kalk, lijken vaak afkomstig van de rekruten zelf en werpen vragen op over wie in die cellen gevangen zat: waren het daders, slachtoffers of degenen die tegen het Duitse regime in verzet gingen? Getuigenissen uit processen geven aan dat sommige Trawniki‑mannen door de kampleiding werden gestraft of geëxecuteerd, en Colls vermoedt dat een deel van de gevonden namen bij degenen hoort die (mogelijk dodelijk) in opspraak raakten.

De vondsten worden gecombineerd met moderne non‑invasieve technieken: grondradar en luchtfotovergelijkingen tonen anomalieën en lange, zigzagvormige kuilen onder het huidige dorpsplein en publieke gebouwen. Deze kuilen corresponderen mogelijk met massagraven en zijn verbonden aan Aktion Erntefest (3 november 1943), een van de grootste massamoorden in bezet Polen, toen naar schatting tienduizenden Joden werden neergeschoten en begraven. Overlevende getuigenissen — onder wie de Nederlandse Mirjam Blits — beschrijven hoe dwangarbeiders na de executies lichamen moesten strippen op goud en vervolgens verplaatsen en verbranden.

Trawniki’s fysieke sporen zijn vandaag vaak verborgen in gewone dorpsstructuren: voormalige SS‑appartementen boven de kelders zijn bewoond door Poolse gezinnen, muurschilderingen en herinneringsplaatsen werden beschadigd of vernield, en lokale bewoners wisselen tussen medewerking en terughoudendheid. Sommigen kennen nog familieverhalen over kogels en geurende lijken; anderen leven met een vage ‘aanwezigheid’ in oude huizen die ooit tot de kampinfrastructuur behoorden.

Het onderzoeksteam — met archeologen van onder meer het United States Holocaust Memorial Museum en specialisten in forensische technieken — wil met respect voor plaatselijke bewoners het dossier van Trawniki systematisch inventariseren. De combinatie van materiële vondsten, archiefmateriaal en ooggetuigenverklaringen kan niet alleen de rol van Trawniki in de Holocaust verduidelijken, maar ook getuigen een stem teruggeven en mogelijk slachtoffers of verdwenen mensen identificeren. Ook wordt aandacht gevraagd voor Nederlandse vrouwen die voor dwangarbeid naar Trawniki werden gebracht; nabestaanden wordt gevraagd contact op te nemen om ontbrekende persoonlijke verhalen aan te vullen.