De juridische strijd om coronavaccins: wie is bevoegd om in te grijpen?
In dit artikel:
De Stichting VoorWaarheid voert sinds ongeveer twee jaar een juridische strijd om de handelsvergunningen of het gebruik van de mRNA-vaccins van Pfizer en Moderna te schorsen. De stichting betwist dat de overheid voldoende bewijs heeft voor de veiligheid en effectiviteit van deze vaccins. Hun pogingen om toezichthouders zoals het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) tot handhaving te bewegen, stuiten steeds op bureaucratische belemmeringen en juridische afwijzingen.
Het proces begon in de herfst van 2023 met een handhavingsverzoek bij het CBG om de vergunningen van de coronavaccins te laten schorsen. Het CBG gaf aanvankelijk aan niet bevoegd te zijn, omdat deze vergunningen door het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) worden geregeld. Na een langdurige juridische discussie erkende het CBG echter dat er ook nationale bevoegdheden zijn, maar wees de verantwoordelijkheid uiteindelijk door aan de IGJ. Deze situatie benadrukt de onzekerheid over welke instantie moet ingrijpen als de volksgezondheid volgens VoorWaarheid in gevaar zou zijn door het gebruik van de mRNA-vaccins.