De druk neemt toe om de asielcrisis op te lossen door het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens te hervormen of op te zeggen  

donderdag, 16 oktober 2025 (05:55) - Wynia's Week

In dit artikel:

De afgelopen maanden is in Europa een duidelijke uitvergroting van kritiek op het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) waarneembaar. Centrale klacht: recente jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens belemmert het uitzetten van personen zonder verblijfsrecht — ook wanneer zij strafbare feiten plegen — en verhindert volgens critici een effectief asiel- en grensbeleid. Deze juridische blokkade wordt door steeds meer landen gezien als één van de belangrijkste oorzaken van de huidige asielproblematiek.

Aanjager van de beweging is de Belgische premier Bart De Wever, die tijdens zijn HJ Schoo-lezing in Amsterdam scherp uithaalde naar de huidige interpretatie van het Verdrag. De Wever stelt dat het EVRM oorspronkelijk nooit bedoeld was om een route voor grootschalige migratie op te zetten, maar om bescherming te bieden aan individuele vluchtelingen uit totalitaire regimes. Hij heeft een juridisch advies laten opstellen door voormalig rechter Marc Bossuyt met voorstellen zoals een aanvullend protocol dat de oorspronkelijke interpretatie moet verankeren, terughoudendheid van rechters en wijziging van benoemingspraktijken om minder activistische rechters te krijgen.

Rond dit idee heeft zich een brede, “migratie-realistische” coalitie gevormd van zowel landen met linkse als rechtse regeringen: België, Nederland, Italië, Duitsland, Polen, Tsjechië, Oostenrijk, de Baltische staten, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk behoren tot de initiatiefnemers. In het voorjaar stuurden negen van deze landen een gezamenlijke brief aan de Raad van Europa (het orgaan dat het EVRM beheert). Hoewel de groep waarschijnlijk nog groter is, ontbreekt tot op heden een meerderheid onder de 46 lidstaten van de Raad van Europa.

De kern van De Wevers strategie is pragmatisch: het Verdrag zelf herschrijven zou een decennium duren en veel tegenbeweging oproepen; effectiever zou zijn de jurisprudentie te beïnvloeden en te streven naar een terugkeer naar het pre-12-jaar beleid waarin pushbacks aan de buitengrenzen meer gangbaar waren. Hij wijst daarbij op rechterlijke uitspraken (zoals zaken van afgewezen Somalische en Eritrese asielzoekers tegen Italië) die volgens hem geleid hebben tot de opkomst van een asielindustrie en mensensmokkel.

In het Verenigd Koninkrijk speelt een parallel debat. De huidige Labourregering lijkt sympathie te hebben voor een terugkeer naar de oorspronkelijke interpretatie, terwijl partijen als Reform en de Conservatieven pleiten voor verregaande stappen, tot en met uittreding uit het EVRM. De Conservatieven lieten een omvangrijke legal opinion van Lord Wolfson opstellen die concludeert dat uittreden juridisch mogelijk is en dat het Verdrag beperkingen oplegt op beleid rond immigratie, veteranen, protesten, huisvesting, infrastructuur en zelfs klimaat-gerelateerde rechtszaken. Wolfson geeft de voorkeur aan hervorming van het Verdrag, maar beschouwt uittreding als de eenvoudigste oplossing.

Voor Nederland geldt dat het kabinet zich in grotere lijnen achter de beweging schaart, maar dat er nationaal geen snelle doorbraak van verwachting is. Algemeen beeld: de druk op Straatsburg en op nationale regeringen neemt toe; als hervorming van jurisprudentie of toevoeging van een interpretatieprotocol uitblijft, komt uittreding of andere harde maatregelen eerder bespreekbaar. Het debat raakt fundamentele vragen over de balans tussen nationale soevereiniteit, grenscontrole en mensenrechtenverplichtingen in Europa.