De drie meest omstreden uitspraken van nieuw VVD-Kamervoorzitter Thom van Campen
In dit artikel:
Thom van Campen is sinds gisteren de jongste voorzitter van de Tweede Kamer. Zijn verkiezing betekende ook het einde van Martin Bosma (PVV) in die functie. Voor veel rechtse kiezers is Van Campen nog een relatief onbekende naam, maar het afgelopen jaar maakte hij met enkele scherpe uitspraken duidelijk waar zijn prioriteiten en grenzen liggen.
Allereerst worstelde Van Campen openlijk met de gedachte aan een kabinet waarin de PVV een dominante rol speelt. Hij tekende wel het hoofdlijnenakkoord, maar sprak van ‘buikpijn’ bij de samenwerking, vooral vanwege de harde toon van sommige rechtse Kamerleden rond seksuele voorlichting en lhbti‑onderwerpen. Die spanning tussen partijloyaliteit en persoonlijke overtuiging kwam consequent terug in debatten over minderheden en onderwijs.
Naast binnenlandse bedenkingen nam Van Campen internationaal een stevige positie in tegenover Hongarije. In interviews pleitte hij ervoor het Hongaarse stemrecht in de EU te ontnemen zolang persvrijheid, onafhankelijke rechtspraak en de bescherming van lhbti‑mensen niet gegarandeerd zijn. Hij verwees naar corruptieschandalen, ingeperkte rechtsstaat en contacten van Boedapest met autoritaire regimes, en zei dat dit mogelijk ook gevolgen zou moeten hebben voor Europese subsidies. Hij liep dit jaar mee tijdens de Boedapest Pride als steunbetuiging.
Ten slotte waarschuwde Van Campen voor een brede, conservatieve beweging waarvan hij zegt dat die deels door Russische invloed wordt aangejaagd. Volgens hem past die agenda in een strategie om Europa te splijten en vrijheden in te perken; daarom vindt hij dat Nederland zich hier krachtig tegen moet verzetten.
Zijn benoeming als Kamervoorzitter komt dus op een moment waarop hij zich profileert als iemand die zowel intern moeite heeft met bepaalde politieke samenwerkingen als buitenlands principieel optreedt tegen autoritarisme en aantasting van vrijheden. Dit verleden zal waarschijnlijk kleur blijven geven aan hoe hij de Kamer vergadert en politieke spanningen probeert te beheersen.