Daders aanslag Sydney waren in Filipijnen, 'kregen gevechtstraining'

In dit artikel:

Naveed Akram (24) en zijn vader Sajid Akram (50), de daders van de aanslag in Sydney, reisden volgens de Australische zender ABC afgelopen maand naar het zuiden van de Filipijnen — een regio (Mindanao) die sinds de jaren negentig bekendstaat als locatie voor militante trainingskampen — en keerden eind november terug. De politie bevestigde de reis op een persconferentie, maar zegt dat het doel en de precieze activiteiten van het uitstapje nog worden onderzocht.

Bij doorzoeking van de auto van de schutters zijn twee zelfgemaakte IS-vlaggen en explosieven gevonden; eerder bleek dat de zoon zes jaar geleden in beeld was vanwege banden met IS. De twee werden door de politie neergeschoten; agenten raakten daarbij ook gewond. Vooralsnog lijkt het erop dat ze alleen handelden, maar het onderzoek staat nog in de beginfase.

Tijdens het persmoment kwam veel kritiek op het politieoptreden en de beveiliging van de joodse bijeenkomst waar het bloedbad plaatsvond; politie en de premier van New South Wales, Chris Minns, verdedigden de inzet als passend bij de toen bekende dreiging. Premier Anthony Albanese kondigde ondertussen strengere wapenmaatregelen aan, waaronder beperking van het aantal wapens per persoon en een herziening van eerder afgegeven vergunningen, en zei bereid te zijn alle noodzakelijke stappen te nemen om herhaling te voorkomen.