Daan (24) vond zijn studentenkamer tijdens de coronapandemie. 'Op stap gaan was er niet bij'
In dit artikel:
Student Daan Vaessen (24) had het geluk dat hij zonder hospiteeravond direct een kamer kon krijgen in het huis van een vriend aan de C.H. Peterstraat in Groningen, kort nadat hij zich vijf jaar geleden inschreef voor de opleiding beeldende vorming in Leeuwarden. Tijdens de coronaperiode werd het huis en de twee huisgenoten zijn sociale wereld: overdag online colleges, ’s avonds samen muziek maken, bier drinken of een bioscoopbezoek tussen lockdowns door.
Daan begon met een kamer van 16 m² voor 300 euro, verhuisde later naar de zolder en woont daar nog altijd in twee aaneengesloten kamers (slaap- en woonkamer) van samen 19 m² voor 475 euro per maand inclusief g/w/l. Hij is tevreden over de prijs, de huisbaas en de sfeer, al zorgen muizen regelmatig voor overlast; soms hoort hij ze lopen en zag er eens een vanaf de verwarming. In het huis bestaat ook de huislegende van klopgeest “Teun”: de bewoners grapten erover tijdens hospiteeravonden en maakten zelfs een matrasje voor hem klaar op zolder.
Na vijf jaar studeren staat Daan op het punt het studentenhuis te verlaten: hij werkt inmiddels als docent beeldende kunst en vormgeving op het Stadslyceum en zoekt iets samen met zijn vriendin. Zijn verhaal illustreert zowel de schaarste en variatie in studentenhuisvesting als wat je voor je geld kunt krijgen: van gelukkige vondsten tot kleine ongemakken.