D66 en CDA gaan "onderhandelen" zonder meerderheid - VVD, GL-PvdA en JA21 ruziën over stoelen
In dit artikel:
In Den Haag zijn de eerste stappen van de kabinetsformatie begonnen, maar volgens de auteur gaat het meteen mis: D66 en CDA voeren als eersten verkennende gesprekken, terwijl die twee samen geen Kamermeerderheid hebben (ongeveer 44 zetels). Daarmee zouden zij volgens het artikel vooral een “schets” van een middenkabinet kunnen maken, maar missen ze zowel richting als breed draagvlak.
De keuze om juist D66 en CDA als startpunt te nemen wordt toegeschreven aan verkenner Wouter Koolmees (D66). De schrijver kwalificeert die start als een politiek kunstgreep: een tussenstap die rechts buitenspel zet en tijd wint voor het zittende politieke bestel. In het stuk klinkt kritiek dat een formatie normaal gesproken aan de grootste partijen of aan partijen die samen een meerderheid kunnen vormen toekomt; dat gebeurt hier niet. PVV mag niet meedoen, VVD staat nog aan de kantlijn en GroenLinks-PvdA kijkt toe, aldus de tekst.
Politiek inhoudelijk schetst het artikel een verdeeld beeld: D66 zou voorkeur hebben voor samenwerking met GroenLinks-PvdA (meer EU-samenwerking, strengere klimaatmaatregelen, ruimere migratiepolitiek), terwijl VVD pleit voor een centrumcoalitie met JA21 en mogelijk BBB — een richting die volgens de schrijver beter zou aansluiten bij kiezers die rechtsere impulsen gaven. Het CDA wordt neergezet als onduidelijk en als schakel in een kartel dat stabiliteit en macht wil behouden in plaats van mandaat van kiezers te respecteren.
De centrale strekking is dat dit niet oprecht een zoektocht naar samenwerking is, maar een beschermingsoperatie van het gevestigde politieke midden: schadebeperking en uitstelstrategie in plaats van het serieus betrekken van winstgevende, meer rechtse partijen. De auteur waarschuwt dat zulke manoeuvres de democratie uithollen: stromingen die verliezen blijven invloed houden, terwijl winnaars worden buitengesloten.
Het artikel bevat ook oproepen die behoren tot de publicistieke strekking — onder meer tegen het bestempelen van abortus als mensenrecht en een uitnodiging om een petitie te tekenen — wat de politieke kleur van de tekst verder onderstreept. Overall presenteert het stuk het Haagse formatiespel als een ondoorzichtige, door belangen gedreven voorstelling waarin echte vernieuwing en kiezersmandaat op de achtergrond verdwijnen.