D66 denkt 30 à 40% van de zorg te kunnen schrappen. Dat is niet alleen onzin, maar ook gevaarlijk
In dit artikel:
De auteur bekijkt verkiezingsprogramma’s en waarschuwt dat het populaire beleidsthema ‘passende zorg’ en het streven om zorg te schrappen die niet bewezen effectief is, te simplistisch en potentieel gevaarlijk zijn. Het begrip ‘passende zorg’ komt uit Nederland (Zorginstituut Nederland) en krijgt steun van academische instellingen zoals het Radboudumc; er ligt zelfs een groot onderzoeksbudget (ongeveer €290 miljoen bij ZonMw). Desondanks betoogt de schrijver dat het concept problematisch is: zorg is per definitie bedoeld om passend te zijn, en in internationale schakels is de term moeilijk te duiden.
Als ervaren intensivist legt de auteur uit dat het dagelijks werk draait om bepalen of een behandeling de patiënt kan helpen — een beslissing die medische expertise, afstemming met patiënt en familie, en het accepteren van onzekerheid vereist. Hij illustreert dat soms intensieve behandelingen zinloos lijken als iemand terminaal is, maar dat diezelfde behandeling in andere gevallen onverwacht tot herstel en goede kwaliteit van leven kan leiden. Achteraf oordelen dat een behandeling “dus” geen passende zorg was, is daarom te kort door de bocht.
Bij beleid is dat een risico: als niet-deskundigen concrete vergoedingsregels opstellen op basis van grootschalige uitspraken over effectiviteit, kunnen individuele patiënten die wél baat hebben worden uitgesloten. Het partijprogramma van D66 — dat samen met VVD en CDA wil bezuinigen op wat zij zien als onnodige of niet-bewezen zorg en zelfs 30–40% van het basispakket wil schrappen — noemt voorbeelden zoals buisjes bij kinderen, het knippen van amandelen, bepaalde knieoperaties, onnodige antibiotica, scans en medicijnen. De auteur betwist dat zulke bezuinigingen in de praktijk eenduidig uitvoerbaar zijn: diagnostische onderzoeken of ingrepen die soms ‘niet effectief’ blijken in gemiddelden, kunnen cruciaal zijn voor individuele patiëntenzorg of voor het uitsluiten van andere oorzaken.
Belangrijke punten uit het betoog zijn dat medische onderzoeksresultaten vaak een gemiddeld effect weergeven en individuele responsen kunnen worden gemist, dat indicatiestelling en patiëntenselectie essentieel zijn, en dat geneeskunde per definitie omgaan met onzekerheden omvat. Daarom is het volgens de schrijver gevaarlijk om op basis van beleidsformules of politieke slogans massaal zorg uit het pakket te halen zonder voldoende medische nuance en deskundig toezicht.
Kortom: de oproep om grootschalig te schrappen onder het mom van ‘passende’ of ‘niet-bewezen’ zorg miskent de complexiteit van klinische besluitvorming en kan onverhoedse schade toebrengen aan individuele patiënten. De auteur pleit voor behoud van medische expertise en zorgvuldige, individuele afwegingen in plaats van eenvoudige beleidsafspraken die leiden tot harde vergoedingsregels.