Cyprioten zoeken op verdeeld eiland samen naar vermisten uit jaren 60 en 70

In dit artikel:

Vijftig jaar geleden, op 20 juli 1974, viel Turkije Cyprus binnen na een Griekse staatsgreep. Dit arrest leidde tot een gewelddadig conflict met duizenden slachtoffers en zorgde ervoor dat het eiland in tweeën splijtte, waarbij Grieks-Cyprioten en Turks-Cyprioten in gescheiden gebieden leven, met een bufferzone die door VN-troepen wordt bewaakt.

De aanleiding voor de invasie was een coup van extreemrechtse Grieks-Cyprioten, aangemoedigd door de militaire junta in Griekenland, die Cyprus onder Griekse controle wilde brengen. Dit wekte angst onder de Turks-Cyprioten voor onderdrukking. De militaire acties duurden ongeveer een maand, maar hadden lange, gewelddadige spanningen vooraf, waaronder heftige aanvallen op Turkse dorpen in 1963.

Een belangrijk initiatief om de gevolgen van het conflict te verlichten is het Committee on Missing Persons, dat sinds 2006 actief op zoek is naar de vermisten van deze conflicten. De invasie leidde tot een enorme vluchtelingencrisis, met ongeveer 160.000 Grieks-Cyprioten die uit het noorden vluchtten en ruwweg 70.000 Turks-Cyprioten die naar parallelle gebieden migreren.

De huidige situatie op Cyprus is nog steeds gespannen. Er is een de facto onafhankelijke Turkse Republiek Noord-Cyprus, die alleen door Turkije wordt erkend. Terwijl de Republiek Cyprus het noordelijke gebied als bezet beschouwt, pleit de Turks-Cypriotische regering voor erkenning van twee aparte staten, wat wordt bemoeilijkt door de geopolitieke belangen van Turkije en Griekenland. Ondanks een vreedzaamere periode, zijn er nog steeds 30.000 Turkse soldaten op het eiland gestationeerd, wat de situatie fragiel houdt.