Criminelen met nog half millennium aan detentiejaren lopen vrij rond door volle gevangenissen
In dit artikel:
Ongeveer 3.300 mensen die zich hebben gemeld om een opgelegde gevangenisstraf te gaan uitzitten, verblijven voorlopig nog gewoon in de samenleving omdat er in Nederland onvoldoende cellen beschikbaar zijn. Deze zelfmelders — veroordeelden die gehoor gaven aan de oproep om zich aan te geven — wachten in vrijheid op plaatsing in een penitentiaire inrichting.
De oorzaak ligt bij een tekort aan detentiecapaciteit: het aantal beschikbare plekken loopt achter bij de instroom van veroordeelden en de operationele mogelijkheden van het gevangenissysteem. Daardoor ontstaan wachtlijsten en worden aanvang van straffen uitgesteld of moeten alternatieven worden ingezet. Voor slachtoffers en nabestaanden werkt dat frustrerend en het roept zorgen op over rechtsgevoel en afdoende handhaving van straffen. Bovendien kan het uitstel van uitvoering de rechtsbedeling ondermijnen en mogelijk de kans op recidive vergroten.
Als reactie op het probleem worden diverse routes besproken en soms toegepast: prioritering van zware of gevaarlijke daders, tijdelijke maatregelen zoals elektronisch toezicht of andere strafalternatieven, inzet van extra noodcapaciteit en politieke druk om structureel meer cellen te bouwen of het strafrechtbeleid te hervormen. De situatie legt een spanningsveld bloot tussen beschikbare middelen, strafbeleid en het publieke vertrouwen in de uitvoering van vonnissen.