Computer, iPad en gameconsole: hoe kon kroongetuige Nabil B. ongemoeid internet in zijn cel hebben?

In dit artikel:

Kroongetuige Nabil B., die in het omvangrijke Marengo-proces tegen georganiseerde misdaad betrokken is, beschikte in zijn gevangeniscel niet alleen over een iPad maar ook over een personal computer en een gameconsole waarmee hij via internet contact met de buitenwereld kon onderhouden. De krant stelt dat dit voor justitie een gevoelige kwestie is en bespreekt vijf kernvragen: hoe kwamen de apparaten de cel in, mocht hij ze gebruiken, hoe werd dit ontdekt, komt het vaker voor dat gedetineerden dergelijke apparatuur hebben, en welke consequenties heeft dit voor de veiligheid van het proces en de waarborging van bewijsvoering.

Officieel hebben gedetineerden in Nederland geen onbeperkte internettoegang; het bezit van mobiele apparatuur is doorgaans verboden of sterk beperkt, maar er bestaan zowel legale uitzonderingen (bijvoorbeeld voor opleiding of advocaatcontacten) als illegale toestroom via contrabande. Het voorval legt volgens het artikel spanningen bloot tussen beveiligingspraktijken in gevangenissen en de risico’s voor lopende strafzaken: ongecontroleerde digitale communicatie kan getuigen, medeverdachten en onderzoek beïnvloeden. De zaak roept ook vragen op over toezicht in detentiehuizen en over eventuele bestuurlijke of strafrechtelijke maatregelen tegen betrokkenen wanneer apparaten op ongeoorloofde wijze in cellen belanden.