Column: Dromend van het WK voetbal
In dit artikel:
Het WK voetbal in Mexico, Canada en de VS staat voor de deur en Nederland lijkt bijna zeker van deelname — reden genoeg om 19 en 20 juli alvast vrij te houden voor feestvieren. De schrijver richt de blik echter vooral op landen met historische banden en kleine voetbalfamilies: Suriname (de Suriboys) staat onder coach Stanley Menzo op het punt zich te plaatsen: nog twee duels te gaan, eerst tegen El Salvador en op 19 november het allesbeslissende treffen met Guatemala. De auteur eist dat deze wedstrijden live op de publieke omroep komen, zodat de Nederlandse steungolf voor de ex-koloniën zichtbaar is.
Curaçao heeft ook reële kansen onder trainer Dick Advocaat; een zege op Bermuda lijkt haalbaar, maar de uitwedstrijd tegen Jamaica wordt cruciaal. Kaapverdië is al zeker van deelname — genoemd als “Rotterdam FC” vanwege de grote community hier — terwijl Indonesië onder Patrick Kluivert net faalde. Zuid-Afrika (Bafana Bafana) en Marokko zijn wel geplaatst; Turkije ontbreekt.
Een groot bezwaar is het tijdsverschil: het toernooi duurt 40 dagen met 104 wedstrijden, wat voor Europese fans veel late nachten en mogelijke thuisjetlags en werkproblemen oplevert. Als oplossing stelt de auteur voor massaal naar de juiste tijdzone te reizen — Zuid-, Midden- en Noord-Amerika of de eilanden — en wijst op luchtvaartmaatschappijen die extra vluchten naar Curaçao plannen voor zomer 2026. Conclusie: sportieve hoop voor meerdere ‘Nederlandse’ teams, gecombineerd met praktische zorgen over kijken en slaap, en het pleidooi om liveverslaggeving toegankelijk te maken.