CO₂-sjoemelaar gaat opnieuw in carbon credits handelen
In dit artikel:
Steve Wentzel, eigenaar van Carbon Green Investments, duikt opnieuw op in Zimbabwe met een nieuw bosherstelproject dat – zoals bij zijn eerdere affaire – twijfel oproept over wie er werkelijk profiteert. Deze week verscheen in de Zimbabwaanse krant The Herald een bericht over vrijgevigheid: naaimachines en kantoormeubilair, geleverd aan lokale scholen en gemeenschappen onder de vlag van het project Chirisa Redd+ – Restoration of natural habitats. De donaties werden opgevoerd als bewijs dat het initiatief de bevolking ten goede komt en dat de overheid om de gemeenschappen geeft.
Voor wie de voorgeschiedenis kent, klinkt dat onheilspellend: veertien jaar geleden organiseerde Wentzel een van de grootste carbon‑creditprojecten ooit, samen met de Zwitserse handelaar South Pole. Dat project leverde volgens onderzoekers en de auteurs van het boek Wie betaalt, mag vervuilen enorme opbrengsten op voor handelaren, maar nauwelijks reële voordelen voor lokale bewoners; veel geld verdween en beloften bleven onvervuld. Ook Charles Ndondo, nu managing director van Chirisa, speelde toen een rol in het vorige, mislukte initiatief, en ontving ondanks dat nauwelijks kritiek in het verhaal in The Herald.
Waar het extra wringt: in 2023 introduceerde de Zimbabwaanse regering nieuwe wetgeving om handel in carbon credits beter te reguleren – deels als reactie op eerdere onthullingen. In plaats van spelers als Wentzel hard aan te pakken besloot Zimbabwe echter zelf in te stappen in de handel en samen te werken met ondernemers en het overheidsagentschap Zimparks, beheerder van nationale parken. Met kleine materiële voordelen zoals naaimachines en bureaus probeert men lokale steun voor de nieuwe verkoop van credits te winnen.
De auteur van het artikel en het boek waarschuwt dat dit patroon symptomatisch is voor bredere problemen rond CO₂‑compensatie: een marktvorm die kwetsbaar is voor fraude, slecht toezicht en het ontbreken van aansprakelijkheid. Veel projecten tonen problemen met additionaliteit, houdbaarheid en transparantie, waardoor de beloofde klimaatwinst twijfelachtig blijft en lokale gemeenschappen vaak weinig zien van de opbrengsten. De berichtgeving in The Herald laat volgens critici bovendien de schandalen uit het verleden onvermeld, waardoor betrokkenen met mooie woorden wegkomen.
De kernvraag die overblijft: als grootschalige compensatie via carbon credits zoveel risico’s en misstanden kent, welke alternatieven zijn er om uitstoot écht te verminderen en lokale gemeenschappen te beschermen? De discussie rond Wentzel en Chirisa illustreert dat zonder strikte regulering, toezicht en afdwingbare verantwoording de handel in natuur en CO₂‑rechten blijft kwetsen in plaats van structureel te herstellen.