Champions League-winnaar Dembélé klopt Yamal en wint zijn eerste Gouden Bal

In dit artikel:

Ousmane Dembélé is maandagavond in Parijs uitgeroepen tot Wereldvoetballer van het Jaar (Ballon d'Or). In het Théâtre du Châtelet ging de 28-jarige Fransman met de onderscheiding naar huis ten koste van onder anderen Lamine Yamal. Dembélé werd geprezen voor zijn rol in het afgelopen seizoen bij Paris Saint-Germain: hij veroverde de Champions League, het landskampioenschap, de Europese Super Cup en de Coupe de France. Binnen de beoordelingsperiode (augustus 2024–juli 2025) scoorde hij 21 keer in 29 duels, was hij gedeeld topscorer van de Ligue 1 en kreeg hij zowel in de Franse competitie als in de Champions League de titel speler van het jaar toegekend.

Dembélé kampt momenteel met een hamstringblessure die hij opliep tijdens interlands met Frankrijk; hij verwacht pas in oktober weer inzetbaar te zijn voor PSG. Hij is de vijfde Franse winnaar van de Ballon d'Or, na onder meer Raymond Kopa en Zinédine Zidane. Ironisch genoeg was PSG door een ingehaald competitieduel tegen Olympique Marseille slechts met een kleine afvaardiging bij het gala aanwezig; die wedstrijd werd maandagavond ook gespeeld en PSG verloor met 1-0.

Bij de vrouwen won Aitana Bonmatí voor de derde keer op rij de Gouden Bal. Bonmatí leidde Barcelona naar de Champions Leaguefinale (verlies tegen Arsenal) en maakte indruk op het EK, ondanks dat ze vlak daarvoor in het ziekenhuis belandde met een virale hersenvliesontsteking. De Kopa Trofee voor het beste talent bij de mannen ging naar het achttienjarige Barça-talent Lamine Yamal — hij is de eerste die die prijs weet te prolongeren. Gianluigi Donnarumma (mannen) en Hannah Hampton (vrouwen) werden uitgeroepen tot beste keepers. Vicky López (19, Barça) won het vrouwen-equivalent van de talentenprijs; Arsenal werd benoemd tot beste club, waardoor onder meer keeper Daphne van Domselaar alsnog op het podium verscheen.