Caroline van der Plas slaat groot alarm: 'Nieuw D66/CDA-kabinet wordt de doodsteek voor onze boeren - onteigening dreigt!'
In dit artikel:
Na de verkiezingen en bij de aanvang van de formatieronde waarschuwt BBB-leider Caroline van der Plas hard voor wat zij ziet als een dreigend beleid tegen het platteland. Naar aanleiding van onthullingen dat D66 en het CDA zich laten adviseren door de experts Chris Backes en Marko Hekkert, hekelt Van der Plas dat die adviseurs zouden voorstellen om 75% van de stikstofreductie bij boeren te realiseren. Volgens haar komt daardoor juist de landbouw zwaar onder druk te staan en wordt het pad vrijgemaakt voor industrie, woningbouw en andere projecten.
Van der Plas beschouwt het CDA, historisch een partij van het platteland, als verraderlijk nu het zich in haar ogen laat meegaan met D66 en zelfs openlijk over onteigening spreekt. In haar commentaar op sociale media klinkt een diepe vrees dat boeren families hun grond kunnen verliezen op basis van beleidsmodellen. De auteur van het artikel schildert dat verlies niet alleen als economisch maar ook als cultureel verlies: eigendomsrecht, tradities en lokale onafhankelijkheid zouden op het spel staan.
Het verhaal linkt de stikstofmaatregelen aan een breder politiek project waarbij grond zou moeten wijken voor windparken, datacenters en extra huisvesting — een ontwikkeling die volgens de tekst voortkomt uit stedelijke, technocratische prioriteiten en niet uit reële milieubehoeften. De toon is sterk polariserend: D66 en CDA worden weggezet als onderdeel van een kartel, BBB als de verdediger van boeren en burgerlijke vrijheden. Er wordt opgeroepen om verzet te steunen en petities te tekenen; de tekst verbindt die oproep ook met andere onderwerpssferen zoals abortus, waarmee een bredere cultuurstrijd wordt geschetst.
Kort samengevat: Van der Plas en de bron van dit stuk vrezen dat kabinetsplannen en deskundigenadviezen leiden tot ingrijpende stikstofsanering vooral ten laste van boeren, mogelijk inclusief gedwongen uitkoop of onteigening; dit wordt gepresenteerd als een existentieel conflict tussen plattelandstradities en een stadse, maakbare politiek.