Carola Schouten, burgemeester in vredestijd
In dit artikel:
Burgemeester Carola Schouten hield tijdens de Dodenherdenking op het Stadhuisplein in Rotterdam een bedoelde neutrale toespraak, waarin ze expliciet afstand hield van actuele politieke conflicten zoals het geweld van de Israëlische regering tegen Palestijnen—een kwestie die veel Rotterdammers bezighoudt. Ondanks haar persoonlijke ervaring in Israël en de kritische context rond haar partij, de ChristenUnie, koos Schouten voor algemeenheden zonder concrete benoeming van controverse. Ze herhaalde de waarden vrede, vrijheid en veiligheid als kernbegrippen waarvoor gevallenen streden, maar plaatste vrede nadrukkelijk vóór vrijheid, wat volgens de schrijver van het artikel een onjuiste volgorde is, omdat de vrijheid juist centraal stond in het verzet tegen onderdrukking tijdens de Tweede Wereldoorlog. De vergelijking met de Nederlandse Unie, die bereid was vrede te sluiten ten koste van vrijheid, benadrukt het belang van deze volgorde. Schouten’s keuze weerspiegelt mogelijk een overgenomen defensiemissie van het ministerie van Defensie, waarbij vrede voorop staat, terwijl juist de samenleving zelf vrijheid als eerste waarde zou moeten koesteren. Het artikel wijst op de politieke betekenis van woordkeuze en volgorde, en stelt vraagtekens bij Schoutens prioriteiten en de mogelijke implicaties daarvan voor haar beleid. Bovendien wordt herinnerd aan het duidelijke standpunt van oud-burgemeester Aboutaleb, die zich tegen het halfstok hijsen van een Israëlische vlag uitsprak na een recente aanval, ter illustratie van politieke moed die Schouten volgens de schrijver mogelijk mist. De toespraak blijft daardoor vlak en onopvallend, terwijl de actuele maatschappelijke verdeeldheid en spanningen in Rotterdam vragen om duidelijkheid en engagement.