Cambodjaan gezocht voor 'een van de grootste zwendeloperaties ooit' met miljarden aan bitcoins als buit
In dit artikel:
Amerikaans en Brits opsporingsdiensten hebben een omvangrijke cryptofraude opgerold waarbij circa 127.000 bitcoins — momenteel goed voor ongeveer 14 miljard dollar (12,4 miljard euro) — in beslag zijn genomen. De zaak wordt door de autoriteiten bestempeld als een van de grootste financiële zwendelzaken ooit.
Als het brein achter de operatie wordt Chen Zhi (volledige naam Neak Oknha Chen Zhi) aangewezen, de oprichter van Prince Holding Group. Tegen Chen is een internationaal arrestatiebevel uitgevaardigd; zijn verblijfplaats is onbekend. De onderneming profileert zich als vastgoed- en financiële dienstverlener en opereert in ongeveer dertig landen, maar reageert niet op de aantijgingen.
Volgens de aanklacht lokten bellers en nepprofielen op sociale media slachtoffers over de streep met valse investeringsbeloftes in cryptomunten; op topdagen zouden de oplichters tot 30 miljoen dollar per dag hebben binnengehaald. Voor de operatie werden grootschalige callcenters ingericht — minstens tien locaties — met honderden mobiele telefoons en duizenden valse accounts. Werknemers zouden onder erbarmelijke, soms gewelddadige omstandigheden hebben gewerkt; er zijn ook beschuldigingen van marteling en gedwongen arbeid.
Om de fraude mogelijk te maken zijn volgens de aanklachten ambtenaren omgekocht en zijn functionarissen omgekocht om weg te kijken. Als reactie hebben de VS en het VK sancties opgelegd aan onderdelen van Prince Holding Group (onder andere The Prince Group, Jin Bei Group, Golden Fortune Resorts World en Byex Exchange): zakelijke transacties zijn verboden, banktegoeden en de genoemde crypto-wallets zijn bevroren. Britse autoriteiten hebben daarnaast beslag gelegd op negentien vastgoedobjecten van Chen, waaronder een pand van bijna 100 miljoen pond en een landhuis van 12 miljoen pond in Noord-Londen.
Chen, vermoedelijk in de late dertig, is in China geboren, voert de Cambodjaanse en Britse nationaliteit en heeft in het verleden filantropische donaties gedaan, onder meer voor coronavaccins en studiebeurzen. De zaak past in een breder patroon waarbij Cambodja als vrijplaats voor cybercriminaliteit wordt genoemd; internationale organisaties waarschuwen al langer voor gevangenisachtige belcentra in Azië waar mensen onder dwang werken.