"Brusselse regering stelde begroting jarenlang te rooskleurig voor"
In dit artikel:
Onderzoek van De Tijd en The Brussels Times zegt dat de Brusselse regering jarenlang via atypische boekhoudkundige manoeuvres een gunstiger beeld van haar financiën gaf. Zo zou ze voorwaardelijke kredieten voor metrowerken — samen goed voor 825 miljoen euro van de Europese Investeringsbank en de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa — als liquide middelen hebben meegerekend. Voor 2026 nam de regering bovendien een pakket van 1 miljard euro aan maatregelen op als “nog te beslissen”, waarmee ze rekende op beslissingen van een toekomstige regering om het evenwicht te bereiken.
Ook verschillen de schuldcijfers: het Brusselse bestuur rapporteert voor 2024 een schuld van 15,02 miljard euro, terwijl de Nationale Bank 15,65 miljard euro noteert — een kloof van ongeveer 630 miljoen. KU Leuven-specialist Quinten Jacobs wijst erop dat de creativiteit in de boekhouding uitzonderlijk van schaal is gegeven de financiële situatie: het gewest zit met een put van ongeveer 15 miljard euro die in één legislatuur sterk toenam, en schulden stijgen sneller dan de verwachte inkomsten. Het streefjaar voor begrotingsevenwicht schuift daardoor verder op.
Ontslagnemend minister Sven Gatz noemt de aantijgingen “ongefundeerd” en zegt dat er geen te gunstig beeld is geschetst. Ondertussen wacht Brussel al bijna 500 dagen op een nieuwe regering en volgt vrijdag een nieuwe ratinganalyse van Standard & Poor’s — met mogelijke gevolgen voor vertrouwen en rentekosten.