Bouwen, bouwen, bouwen? Zo makkelijk is dat niet in Groningen en Noord-Drenthe. 'We lopen tegen muren op'
In dit artikel:
In een donderdag gepresenteerd onderzoek naar de voortgang van de Woondeals voor Groningen en Noord-Drenthe blijkt dat de bouwambities in de regio flink tegen grenzen aanlopen. Praktijkvoorbeeld: Wagenborgen (gemeente Eemsdelta). Na jaren stilstand zijn er weer plannen om huizen te bouwen, maar van zeven uitgenodigde aannemers durft niemand in te schrijven omdat de verwachte opbrengsten de kosten niet dekken.
Wie en waar: gemeenten in Groningen—met name Eemsdelta, maar ook kernplaatsen als Delfzijl en Appingedam—provincie Groningen en woningcorporatie Acantus zijn direct betrokken. Wat: uitvoering van de Woondeals uit begin 2023, die in de regio’s Groningen-Assen, Oost-Groningen en Eemsdelta samen 28.500 nieuwbouwwoningen tot 2030 moeten opleveren. Wanneer: de analyse is deze week gepresenteerd; beleidsmakers waarschuwen dat uiterlijk volgend jaar een oplossing nodig is om de 2030-doelen haalbaar te houden.
Waarom het vastloopt: het grootste probleem is de zogenoemde ‘onrendabele top’—het verschil tussen de kosten van grond en bouw en wat woningen in deze regio daadwerkelijk opbrengen. Door relatief lage huizenprijzen in krimpgevoelige gebieden kunnen marktpartijen geen voldoende rendement behalen, vooral bij kleinschalige projecten in dorpen (projecten van 6–10 woningen op voormalige schoollocaties). Grote projecten in stadskernen verlopen nog redelijk, maar in dorpen stokt de aanwas juist waar de lokale vraag leeft.
Financiële en beleidsknelpunten: provincie en gemeenten pleiten voor extra rijksgeld en een op de regio afgestemde aanpak; regionale overheden hebben niet meer de financiële armslag om zelf het gat te dichten, aldus gedeputeerde Pascal Roemers. Woningcorporaties signaleren ook structurele belemmeringen: Acantus-directeur Robert Waarsing wijst op vennootschapsbelasting voor corporaties en recente huurmaatregelen die investeringsruimte wegnemen — elk miljoen aan afdracht scheelt tientallen woningen. Bovendien zorgt onzekere en wisselende landelijke regelgeving voor risico’s bij plannen en investeringen.
Regelgeving en procedures vertragen projecten: stikstof- en natuurregels (zoals beschermde vleermuizen) en langdurige rechtszaken (bijvoorbeeld twee jaar vertraging in Pekela door bezwaarprocedures) drijven kosten op en houden bouwlocaties leeg. Conclusie van de regio: zonder extra, betrouwbare ondersteuning uit Den Haag en minder beleids- en procedurehobbels dreigt het massaal bijbouwen in Groningen niet van de grond te komen, terwijl de urgentie voor duizenden woningzoekenden groot is.