Boom stort op blokhut na storm in Stadskanaal. 'Hij vluchtte in zijn onderbroek naar buiten'
In dit artikel:
Het werd eerst rustig herfstweer, maar zaterdag veranderde dat in een korte, hevige windhoos die veel schade aanrichtte in Stadskanaal, met name in de wijk Maarsveld en rond de Gooilandlaan. Trijny Vorst (55) zag hoe een grote wilg door de orkaankracht bovenop de blokhut van haar 24-jarige zoon neerkwam. Haar deurbelcamera toont hoe binnen één minuut bladeren en dikke takken over de oprit waaien; haar eerste gedachte was: “Ik dacht, mijn zoon is dáár.” De jongen vluchtte net op tijd in zijn T-shirt en onderbroek het huis in, de blokhut zelf is vrijwel verloren door ingedrukte balken en takken die zich over drie tuinen uitstrekken.
Naast omgevallen bomen en vernielde tuinafscheidingen raakten meerdere daken beschadigd; dakpannen liepen schade op of vlogen weg. Buren hielpen elkaar direct: vrijwilligers plaatsten bijvoorbeeld weer dakpannen op het huis van een weduwe. Het plaatselijke dakdekkersbedrijf Dakpanvervanging.nl uit Stadskanaal had het in het weekend alle hens aan dek voor noodherstel. Elise Hageman van het bedrijf benadrukt dat het veilig maken van daken en het snel herstellen zodat bewoners in hun huizen konden blijven slapen prioriteit had.
Meteorologen van het KNMI verklaren dat de windvlaag een lokale valwind was, ontstaan uit de restanten van ex-orkaan Humberto; zulke neerwaartse luchtstromen kunnen plotseling met stormkracht uitschieten en zich horizontaal verspreiden. De open ligging en het geringe bosareaal rond Stadskanaal vergrootten de kwetsbaarheid voor zulke plotselinge windstoten.
Het Verbond van Verzekeraars ziet in Nederland sinds 2007 een structurele toename van schade door extreem weer. In 2024 bedroeg de totale klimaatschade volgens hun monitor ongeveer 280 miljoen euro; de volledige omvang van de schade door storm Amy in Stadskanaal moet nog worden vastgesteld. Verzekeraars verwachten dat het verwerken van alle claims en het maken van een betrouwbare schatting maanden kan duren, mogelijk pas rond april volgend jaar. De gebeurtenis illustreert zowel de acute gevaren van lokale windfenomenen als de toenemende druk op hulpdiensten en verzekeraars bij extreme weersomstandigheden.