Bassiehof - Triest dat vaandelvlucht NSC gebruikt wordt om de koning terug in de formatie te rommelen

zondag, 31 augustus 2025 (11:42) - GeenStijl

In dit artikel:

Afgelopen maandag stuurde het Kabinet van de Koning een opvallend bericht: koning Willem-Alexander ontving op paleis binnen twee dagen vóór het debat over de val van het kabinet premier Dick Schoof, Kamervoorzitters Jan Anthonie Bruijn en Martin Bosma en chef Raad van State Thom de Graaf. Dat wijkt af van de gebruikelijke volgorde, waarin de vorst pas ná het Kamerdebat door zijn vaste adviseurs wordt bijgepraat over hoe verder te gaan. Het tijdstip wekte daardoor speculatie over de vraag of in Huis ten Bosch al gesproken is over een actieve rol van de koning bij de formatie.

Die speculatie werd gevoed door suggesties in de media voor uiteenlopende noodoplossingen: de terugkeer van oud-bewindslieden als verkenners of het samenstellen van een kabinet van nationale eenheid met gepensioneerde politici. D66-leider Rob Jetten diende een motie in voor zo’n nationaal kabinet, gesteund door opiniepolls die aantonen dat een deel van het publiek daar open voor staat. De Tweede Kamer veegde het voorstel echter met een grote meerderheid weg: 119 tegen en slechts 29 voor, waarbij alleen D66, ChristenUnie en NSC steun gaven.

ChristenUnie-leider Mirjam Bikker kwam het dichtst in de buurt van een hernieuwde betrokkenheid van de koning bij de formatie; haar initiatief strandde op 13 zetels. Tot 2012 was het staatshoofd weliswaar actief in formatiegesprekken, maar sindsdien is dat teruggedrongen en zijn verkenners en informateurs de norm. Kritiek in het artikel richt zich op nostalgische voorstellen om terug te keren naar beslissingen achter gesloten deuren: met de monarch kun je niet debatteren en het is juist de Tweede Kamer die de Kroon hoort te controleren.

De auteur waarschuwt tegen het omgooien van het democratische proces wanneer vertrouwen laag is, en bekritiseert het idee om de formatie meer in de sfeer van paleisafspraken te brengen. Conclusie: politici moeten meer zelfvertrouwen tonen en terughoudend zijn met het herinvoeren van informele, niet-parlementaire invloed op de formatie.