Basispakket in de zorg staat ineens centraal in campagne

In dit artikel:

Zorgkosten zijn tijdens de verkiezingscampagne plots een centraal twistpunt geworden: zonder ingrijpen zou een gemiddeld gezin in 2040 volgens het artikel de helft van zijn inkomen aan zorg kunnen besteden. Dat leidde gisteravond tot een scherpe confrontatie in het RTL-debat tussen GroenLinks-PvdA-leider Frans Timmermans en D66-leider Rob Jetten over het beleid rond het basispakket — de lijst van behandelingen en medicijnen die de basisverzekering vergoedt.

Timmermans stelde dat D66 'bevriezen' van het pakket ondersteunt, en noemde een rij partijen (D66, VVD, ChristenUnie, SGP, Volt en JA21) die dat standpunt innemen; het CDA voert ook bezuinigingen op het pakket door. Het Centraal Planbureau rekent voor dat zo’n bevriezing op termijn miljarden kan schelen (in sommige jaren meer dan zeven miljard). Patiëntenorganisaties luiden echter alarm: als nieuwe dure behandelingen niet automatisch worden opgenomen, dreigt ongelijkheid in toegang tot bijvoorbeeld kanker- of reumabehandelingen.

Jetten houdt vol dat D66 niet het pakket zelf wil blokkeren maar de totale zorguitgaven wil begrenzen: nieuwe, innovatieve behandelingen blijven mogelijk, maar dan moeten er elders bezuinigingen komen. Hij wil dat het Zorginstituut kritischer kijkt naar weinig effectieve zorg (als voorbeelden noemt hij buisjes bij oorontstekingen en tongriemoperaties) om ruimte te maken voor kostenefficiëntere zorg en innovatie. D66 rekent op extra middelen voor de zorg, maar wil ook resterend geld voor zaken als kleinere klassen en klimaat.

Andere partijen (JA21, ChristenUnie) benadrukken dat zonder maatregelen de zorg onbetaalbaar wordt. Tegelijkertijd weigeren GroenLinks-PvdA en SP te bezuinigen op zorg, ondanks de stijgende kosten en het groeiende personeelstekort. De centrale vraag blijft of beloofde besparingen haalbaar zijn zonder de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg te ondermijnen.