Bart De Wever eist 6.000 euro schadevergoeding na verijdelde aanslag in 2023: "Onaanvaardbare feiten"
In dit artikel:
Premier Bart De Wever (N-VA) eist 6.000 euro schadevergoeding van vier veroordeelden die in 2023 een aanslag op hem beraamden; een vijfde verdachte sprak al een regeling af. De zaak loopt voor de correctionele rechtbank van Antwerpen, die op 9 december vonnis zal wijzen.
De advocaten van de vier beklaagden vroegen de rechtbank de vordering te verwerpen of terug te brengen tot één symbolische euro. Zij voeren aan dat De Wever nooit ongerust of bang is geweest, dat hij geen bewijs van geleden schade heeft voorgelegd en dat de politie tijdig tussenbeide kwam nog voordat enige uitvoering van het plan begon. Volgens de verdediging onderstreept juist de effectieve tussenkomst van de veiligheidsdiensten dat er geen blijvende aantasting van zijn veiligheid of gemoedstoestand is geweest.
Namens De Wever benadrukte zijn raadsman dat de eis niet louter om financiële vergoeding draait, maar om een signaal: als burger wil De Wever duidelijk maken dat zulke feiten onaanvaardbaar zijn en niet worden gebagatelliseerd. Oorspronkelijk eiste hij 7.500 euro; nadat één verdachte zijn aandeel betaalde, resteert nu een vordering van 6.000 euro tegen de vier anderen. De rechtbank zal op 9 december uitspraak doen.