Australië geeft tot 20.000 dollar aan subsidie voor late abortus

In dit artikel:

Australië heeft de regelgeving rondom zwangerschapsverlof uitgebreid door ook financiële steun toe te kennen aan vrouwen die hun zwangerschap na de 20ste week beëindigen, inclusief late abortussen. Dit nieuwe beleid, ingevoerd onder premier Anthony Albanese, biedt twee vormen van compensatie: een eenmalige uitkering van ongeveer 2.400 euro bij een levenloos geboren kind en betaald ouderschapsverlof tot circa 11.300 euro. Beide gelden ongeacht de reden van de zwangerschapsafbreking, zoals een miskraam of een opzettelijke abortus.

De maatregel stuit op felle kritiek van pro-life- en christelijke groepen, die dit zien als een financiële prikkel voor late abortussen. Juriste en activiste Joanna Howe veroordeelt het beleid als het ‘subsidiëren van intra-uteriene kindermoord’. Volgens haar worden bij deze late zwangerschapsafbrekingen vaak dodelijke middelen toegediend om het ongeboren kind in een vergevorderd stadium bewust te laten sterven, waarna de geboorte kunstmatig wordt opgewekt. Howe benadrukt dat in veel gevallen de foetussen gezond zijn: in Zuid-Australië, waar deze regeling reeds geldt, gaat het bij 80 procent van de late abortussen om gezonde baby's zonder afwijkingen.

Het Zwangerschapsadviescentrum van Zuid-Australië heeft een officiële handleiding gepubliceerd die toelicht hoe vrouwen de uitkering kunnen aanvragen. Hiervoor moet een formulier worden ingevuld en ondertekend door de arts die de zwangerschapsafbreking heeft uitgevoerd. De aanvraag dient binnen 52 weken bij Centrelink ingediend te worden. Daarbij wordt gewaarschuwd dat de gebruikte taal in de handleiding als schokkend kan overkomen.

Deze beleidswijziging zet een traditionele steunregeling, bedoeld voor gezinnen rondom geboorte, in de schijnwerpers vanwege de complexe ethische en sociale implicaties van late abortus en de financiële tegemoetkoming daarbij.