Artsen onder indruk van effectievere immuuntherapie na vaccinatie

In dit artikel:

Nederlandse oncologen en longartsen reageren positief maar voorzichtig op een Amerikaanse studie, gepresenteerd in Nature, die onderzoekt of mRNA-coronavaccins de uitkomst van immuuntherapie bij bepaalde kankerpatiënten beïnvloeden. In retrospectieve analyses van iets meer dan duizend patiënten leefden mensen met specifieke vormen van long- en huidkanker aanzienlijk langer wanneer ze kort vóór of rond het begin van immuuntherapie een mRNA-vaccin hadden gekregen. Bij een subtype longkanker bedroeg de mediane overleving 37 maanden — ongeveer 16 maanden meer dan bij niet-gevaccineerden.

De Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie (NVMO) en de NVALT noemen de resultaten "indrukwekkend" en vinden ze consistent met hoe mRNA-vaccins en immuuntherapie het immuunsysteem stimuleren. Tegelijk waarschuwen zij dat het retrospectieve karakter van de studie beperkingen kent: mogelijk spelen verschillen in fitheid of comorbiditeit tussen gevaccineerden en niet-gevaccineerden mee.

Oncoloog-internist John Haanen (Antoni van Leeuwenhoek/Leiden) spreekt van sterke aanwijzingen maar geen sluitend bewijs en pleit voor prospectieve, gerandomiseerde studies om oorzakelijkheid te toetsen. Hij verwijst ook naar eerdere positieve resultaten met gepersonaliseerde mRNA-kankervaccins en vraagt zich af of het effect afkomstig is van specifieke tumorgerichte mRNA-codering of van een algemenere immuunstimulerende werking van mRNA-vaccins. Verdere trials zijn nodig om mechanismen, werkzaamheid en eventuele implicaties voor behandelrichtlijnen te bevestigen.