Arsenal krijgt drie kansen in eerste acht minuten, Donnarumma redt PSG
In dit artikel:
Paris Saint-Germain staat dicht bij de Champions League-finale na een 1-0 overwinning op Arsenal in Londen. De return in het Parc des Princes bepaalt of PSG doorgaat of Arsenal alsnog terugkomt. PSG-coach Luis Enrique startte met Bradley Barcola in de spits en liet sterspeler Ousmane Dembélé, die vorige week de winnende treffer maakte, vanaf de bank beginnen vanwege zijn recente blessures. Arsenal begon dominant met veel balbezit en kansen, maar PSG-keeper Gianluigi Donnarumma hield zijn team meerdere keren overeind, ondanks een schouderblessure die hij opliep tijdens het duel.
Arsenal probeerde via dode spelmomenten druk te zetten, onder leiding van middenvelder Thomas Partey, maar slaagde er niet in te scoren. Jurriën Timber, samen met keeper Tommy Setford en andere Nederlanders, vertegenwoordigt Arsenal dat het toernooi graag nog wil verlengen. PSG, dat eerder dit seizoen kampioen werd in Frankrijk, verloor afgelopen weekend van Strasbourg maar vertrouwt op een sterke defensie en het zelfvertrouwen dat Luis Enrique benadrukte in aanloop naar de wedstrijd.
Historisch gezien is het zeldzaam dat een team na een verloren heenwedstrijd alsnog de finale haalt; Ajax deed dit in 1996, maar verloor in 2019 op vergelijkbare wijze tegen Tottenham Hotspur. De finale vindt plaats op 31 mei in de Allianz Arena in München, waar PSG mogelijk tegenover Inter staat, dat onlangs Barcelona uitschakelde. De wedstrijd markeert een belangrijke stap voor PSG, dat sinds de verovering van de Ligue 1 ambitieus is om ook Europees succes te boeken, terwijl Arsenal strijdbaar blijft om het tij te keren.