Anke (29) en Sara (38) willen dat we kappen met fast fashion. Dit zijn hun 6 praktische tips. 'Er bestaan al zo veel mooie kleren'

vrijdag, 3 oktober 2025 (11:13) - Dagblad van het Noorden

In dit artikel:

We kopen in Nederland nog steeds enorme hoeveelheden snel geproduceerde, goedkope kleding: jaarlijks komt bijna een miljard nieuwe kledingstukken bij. Dat heeft grote gevolgen voor milieu en arbeidsomstandigheden; de mode-industrie staat hoog in lijsten van meest vervuilende sectoren en veel fabrieksarbeiders werken onder slechte condities. Forum Groningen wijdt deze maand aandacht aan fast fashion met tentoonstellingen, workshops en een kledingruil, en opent met een praatsessie vrijdag door modepsycholoog Anke Vermeer (29, Hogeschool van Amsterdam) en activist Sara Dubbeldam (38).

Fast fashion betekent massaproductie van goedkope kleding die vaak slechts enkele keren wordt gedragen; ultra‑fast fashion versnelt dat proces nog verder met nog lagere prijzen en snellere wisseling van collecties. Merken als H&M, Zara, Temu en Shein stimuleren constant nieuwe aankopen, wat Vermeer en Dubbeldam zien als een ‘race naar de bodem’: meer, sneller en goedkoper ten koste van mensen en milieu.

Waarom blijven we kopen, ondanks dit besef? Vermeer wijst op drie factoren: kleding is verweven met identiteit en sociale status; complimenten en sociale bevestiging versterken aankoopdrang; en de beloningswerking in de hersenen (een gelukshormoon bij kopen) kan verslavend werken — vooral als items erg goedkoop zijn. Sociale media, nieuwsbrieven en winkels versterken die verleiding continu; collecties verschijnen tegenwoordig om de paar weken in plaats van twee keer per jaar. Dubbeldam, voormalig koopverslaafde, maakt zichtbaar hoe merken de minder prettige kanten van hun ketens proberen te verbergen en roept op tot meer openheid.

Psychologische barrières zoals cognitieve dissonantie zorgen dat mensen hun koopgedrag vaak rechtvaardigen in plaats van onder ogen te zien. Verantwoordelijk veranderen vraagt daarom meer dan informatie: het vergt bewuste gedragsaanpassing, maatschappelijke druk en beleid. Vorig jaar nam de EU een wet aan om bedrijven aan te spreken op mensenrechten en milieu, maar die is volgens Vermeer en Dubbeldam uitgekleed: verduurzamen is niet verplicht en ketentransparantie blijft beperkt. Dubbeldam pleit voor strengere eisen en afdwingbare transparantie.

Er is ook ruimte voor positieve verandering. Tweedehands en vintage winnen aan populariteit; beide experts juichen dat aan omdat het het gebruik van bestaande kleding verlengt. Dubbeldam benadrukt dat minder kopen ook persoonlijke winst kan opleveren: rust, besparing en het gevoel bij te dragen aan een eerlijkere wereld. Vermeer en Dubbeldam geven praktische tips om koopgedrag te veranderen: kies tweedehands, ruil kleding, slaap een nachtje over impulsaankopen, beperk jezelf (bijvoorbeeld maximaal 5–10 nieuwe stukken per jaar), meld je af voor commerciële nieuwsbrieven en ontvolg fast‑fashionaccounts op social media. Een vuistregel van Dubbeldam: koop alleen kleding die je minstens dertig keer verwacht te dragen; anders compenseert het de milieu-impact niet.

Hulpmiddelen kunnen helpen: de app Good On You beoordeelt merken op duurzaamheid en mensenrechten; Dubbeldam heeft een overzicht van eerlijke merken op whensarasmiles.nl; Vermeer werkte mee aan een gratis training bij Milieu Centraal (mijnstijlid.nl). Ook documentaires als The True Cost en Buy Now bieden inzicht in de slimme marketingtactieken die aankoopverslaving aanwakkeren.

Kortom: er is groeiend bewustzijn en concrete alternatieven (vintage, ruilen, informatiebronnen), maar zonder strengere regels en doorbreking van psychologische en commerciële prikkels blijft het moeilijk om de massale consumptie van vervuilende en onethische kleding substantieel terug te dringen. “Het geeft innerlijke rust als je niet steeds in de gekte meegaat,” zeggen Vermeer en Dubbeldam als motivatie om het anders te doen.