Andrew ontvangt 'hoogstwaarschijnlijk' geen enkele vorm van compensatie voor verlaten van Royal Lodge
In dit artikel:
Prins Andrew (Andrew Mountbatten-Windsor), de jongere broer van koning Charles, krijgt waarschijnlijk geen financiële vergoeding voor het vertrek uit de Royal Lodge op het Sandringham‑landgoed. Zijn huurcontract bood in principe recht op een vervroegde afkoop van 488.000 pond (ongeveer 558.000 euro), maar een rapport van de Crown Estate — die de bezittingen van de koninklijke familie beheert — stelt dat het grote huis dringend gerenoveerd moet worden, waardoor uitbetaling vrijwel uitgesloten lijkt. De organisatie zegt dat pas na oplevering een deskundige moet vaststellen in hoeverre verwaarlozing een rol speelt, voordat er een definitief besluit kan vallen.
Andrew woont sinds 2003 in de Royal Lodge, een dertig kamers tellend landhuis op een terrein van 38 hectare, en had volgens zijn solide lease tot 2078 in de woning mogen blijven. Na de publiciteit rond zijn banden met de inmiddels overleden Jeffrey Epstein heeft koning Charles hem echter zijn prinsentitel ontnomen en gemeld dat Andrew, samen met zijn ex‑echtgenote Sarah Ferguson, het pand bij Windsor Castle moet verlaten. Formeel geldt een opzegtermijn van een jaar, maar paleisbronnen verwachten dat hij waarschijnlijk al vroeg volgend jaar verhuist.