Amsterdamse begroting: extra geld voor brug over het IJ, armoedebestrijding en ongedocumenteerden
In dit artikel:
Wethouder Hester van Buren (Financiën) legt een laatste Amsterdamse begroting voor het raadsjaar 2026 neer zonder nieuwe lastenverzwaringen voor inwoners. Het college van PvdA, GroenLinks en D66 voert geen grote beleidsambities meer in, maar reserveert extra geld voor een aantal prioriteiten: armoedebestrijding, de Oostbrug over het IJ en opvang van ongedocumenteerden.
Belangrijkste financiële keuzes
- 23 miljoen euro extra voor armoedebestrijding en schuldhulp; extra middelen voor jeugdzorg en versterking van Ouder- en Kindteams lopen door tot 2027.
- 55 miljoen euro extra voor de Oostbrug om inflatierisico’s op te vangen.
- 20 miljoen euro gereserveerd voor opvang van ongedocumenteerden nu het Rijk die financiering stopt.
- Structurele besparing van 15 miljoen euro per jaar op de ambtelijke organisatie vanaf 2027; bedoeling is een eenvoudiger en slagvaardiger gemeente. Dit jaar gaat er juist 15 miljoen euro meer naar de organisatie, mede door problemen met het facturensysteem Afis.
- De gemeentelijke schuld loopt op van circa 9 miljard in 2026 naar 10 miljard in 2029, iets wat leningen en kredietvoorwaarden op langere termijn kan beïnvloeden.
Aanvullende maatregelen
- De bezuiniging op de voorschool (verlenging tot 2,5 jaar) wordt met een jaar uitgesteld in de hoop op landelijke compensatie.
- 6 miljoen euro voor maatregelen tegen seksueel geweld, 13,5 miljoen voor isolatieprojecten, en de aanpak van dakloosheid krijgt eenmalig 8 miljoen plus structureel 4 miljoen per jaar.
Politiek en planning
De raad debatteert over de begroting van 16 oktober tot 7 november; de besluitvorming staat gepland op 13 november. Vooral de toeristenbelasting kan nog onderwerp van politieke wijzigingsvoorstellen worden — partijen als Volt en Partij voor de Dieren willen die mogelijk verder verhogen. De precieze gevolgen van de recent gepresenteerde Rijksmiljoenennota zijn nog niet doorgerekend.
Van Buren benadrukt dat de gemeentefinanciën, ondanks minder geld uit Den Haag, gezond blijven en dat met deze investeringen wordt gebouwd aan een solidaire en duurzame stad.