Amper speeltijd bij club, tóch in Oranje: de flexibele lat waar Koeman mee meet
In dit artikel:
Bondscoach Ronald Koeman hanteert bij de samenstelling van Oranje geen starre regel over clubminuten, maar kiest per speler een afgewogen, pragmatische aanpak. In Zeist benadrukte hij dat speelminuten wel belangrijk zijn voor wedstrijdritme, maar dat andere factoren meewegen: leiderschap, teamdynamiek en specifieke posities. Dat verklaart waarom Nathan Aké, die bij Manchester City zelden in de basis staat, toch bij de selectie blijft — Koeman waardeert zijn rol als aanvoerder, zijn positieve invloed in de groep en zijn linkspootheid in een verdediging met veel rechtspoten.
De kwestie speelt meteen door in andere keuzes. Noa Lang werd opgeroepen ondanks zeer beperkte speeltijd bij Napoli, simpelweg omdat Koeman weinig alternatieven heeft op de vleugels en hij creatieve impulsen wil kunnen brengen. Ook Donyell Malen krijgt een kans terwijl hij bij Aston Villa weinig minuten maakt; aan de linkerflank is Cody Gakpo echter vrijwel zeker van een basisplaats.
Koeman volgt hiermee in grote lijnen het pad dat Louis van Gaal al aflegde: waar Van Gaal aanvankelijk vooral vorm en fitheid als criterium hanteerde, paste hij zijn filosofie later aan omdat moderne clubs veel rouleren en selecties groter zijn. Van Gaal stelde destijds ook dat spelers met weinig clubminuten tijdig buiten de selectie gehaald moeten worden, maar in de praktijk haalde hij spelers zoals Memphis Depay en Steven Bergwijn wel bij Oranje als hij ze nodig had.
Een concreet voorbeeld van Koemans afweging is de keuze voor Matthijs de Ligt boven Stefan de Vrij. De Ligt had een vrijwel ononderbroken basisplaats bij Manchester United, terwijl De Vrij nauwelijks speelde in de Serie A; dat laatste was mede bepalend. Koeman stelt zichzelf geen hard percentage voor speeltijd als drempel, maar laat de huidige clubvorm sterk meewegen.
Kortom: Koeman is consequent in zijn inconsequentie — hij volgt geen vaste regels, maar kijkt per casus naar fitheid, positie, groepswaarde en beschikbare alternatieven. Met die handelwijze bereidt hij zich voor op de aankomende WK-kwalificatieduels tegen Polen en Litouwen, waarbij zowel individuele vorm als het grotere plaatje van belang zijn.