Ambassadeur moet Q-koorts op radar krijgen: 'Vergelijkbaar met toeslagenschandaal '
In dit artikel:
Het ministerie van Volksgezondheid heeft een speciale ambassadeur aangesteld om de belangen van Q‑koortspatiënten te behartigen, naar aanleiding van drie scherpe rapporten van de Nationale ombudsman over jarenlange verwaarlozing door de overheid. Cathalijne Dortmans, voormalig topambtenaar en wethouder met ervaring in Brabant, krijgt de taak slachtoffers zichtbaarder te maken en verbetering te stimuleren.
Tijdens de Q‑koortsepidemie (2007–2010) raakten naar schatting 50.000–100.000 mensen in Brabant besmet met de bacterie (Coxiella burnetii) die vooral van melkgeiten afkomstig was. Een onbekend maar substantieel aantal ontwikkelde sindsdien het chronische Q‑koortsvermoeidheidssyndroom: ernstige, langdurige uitputting en klachten vergelijkbaar met long covid of ME/CVS (migraine, spier- en gewrichtspijn, duizeligheid). Onderzoek van het Erasmus MC toont dat veel patiënten gemiddeld binnen acht jaar na infectie volledig stoppen met werken.
Patiënten kampen met banenverlies, zware mantelzorgdruk en financiële problemen, terwijl het UWV vaak weigert de aandoening als arbeidsongeschiktheid te erkennen. De ombudsman, Reiner van Zutphen, wijst erop dat slachtoffers al vijftien jaar juridische en bestuurlijke strijd voeren en vergelijkt de bestuurlijke afhandeling met andere grote affaires zoals het toeslagenschandaal en de gaswinningproblematiek in Groningen. Critici benadrukken dat het kabinet destijds de ernst van de uitbraak heeft verzwegen en dat het ruimen van geiten en maatregelen veel te laat kwamen, waardoor veel omwonenden ongewarned werden besmet.
Dortmans zegt eerst uitgebreid met patiënten te willen spreken om prioriteiten te bepalen. Ze heeft geen directe bevoegdheid om instanties als het UWV te dwingen, maar kan haar netwerk gebruiken om aandacht en politieke druk te mobiliseren. Een van haar doelen is ook het aanpakken van ongelijkheid in gemeentelijke maatschappelijke ondersteuning binnen Brabant.
De ombudsman juicht de benoeming toe, maar stelt dat ook een royaal en formeel excuus van het kabinet noodzakelijk is als eerste stap naar erkenning en herstel voor de getroffenen. De ambassadeursrol moet volgens betrokkenen voorkomen dat deze groep weer in vergetelheid raakt en zorgen voor concrete verbeteringen in erkenning, zorg en inkomensbescherming.