Alibaba verliezer op Wall Street na beschuldigingen Witte Huis

In dit artikel:

Het Chinese e-commerceconcern Alibaba verloor vrijdag duidelijk terrein op de beurs van New York, bijna 4% lager nadat de Financial Times op basis van een gelekte veiligheidsmemo van het Witte Huis meldde dat het bedrijf mogelijk zou hebben geholpen bij Chinese militaire «operaties» tegen doelwitten in de Verenigde Staten. De krant kon de aantijgingen niet onafhankelijk verifiëren; Alibaba ontkende de beweringen fel en noemde ze volgens een persbericht „complete onzin”.

Daarnaast kwam AliExpress, onderdeel van Alibaba, in opspraak in Frankrijk: de Franse consumentenautoriteit DGCCRF meldt dat het platform — net als concurrent Shein — sekspoppen heeft verkocht die op kinderen lijken. Die informatie is overgedragen aan openbare aanklagers.

Op Wall Street was het beeld verder gemengd. Beleggers blijven bezorgd dat de Federal Reserve in december mogelijk afziet van renteverlagingen. De Dow Jones daalde 0,7% tot 47.147,48 punten, de S&P 500 ging 0,1% omlaag tot 6.734,11 punten en de Nasdaq steeg licht met 0,1% naar 22.900,59 punten.

Op bedrijfsniveau kende Applied Materials een sterke intraday-swing: na een daling van circa 5% bij opening sloot het aandeel toch ruim 1% hoger na kwartaalcijfers die meevielen, maar met een waarschuwing voor zwakkere Chinese vraag door aangescherpte Amerikaanse exportregels. Alphabet sloot bijna 1% lager; het kondigde aan zijn advertentiediensten aan te passen om te voldoen aan EU-mededingingsregels en maakte kort na beurs bekend 40 miljard dollar te investeren in drie nieuwe datacenters in Texas.