AI-chipproducent Nvidia boekt onverwachts forse groei: "Vermoedelijk nog maar in een vroege fase van de AI-euforie"

In dit artikel:

De Amerikaanse chipmaker Nvidia publiceerde over het afgelopen kwartaal veel sterkere resultaten dan een jaar eerder: de omzet steeg met 62 procent en de winst nam met 65 procent toe tot 31,9 miljard dollar (circa 27,6 miljard euro). Die cijfers gelden als een belangrijke graadmeter voor de hele AI-sector, omdat ze aangeven hoeveel grote techspelers (zoals Microsoft, Meta, Amazon en Google) investeren in datacenterchips.

De uitkomst kwam op een kritiek moment: beleggers vreesden dat er sprake is van overinvestering in AI-infrastructuur en dat er een waardebubbel zou kunnen barsten als de groei tegenvalt. Nvidia, met een beurswaarde van bijna 5.000 miljard dollar, wist die onrust deels weg te nemen; het aandeel klom in de nabeurshandel bijna 4 procent.

Analisten en journalisten merken echter op dat het risico op een bubbel reëel blijft — vergelijkingen met de internetzeepbel eind jaren negentig worden gemaakt — en de Bank of England waarschuwde recent dat problemen met energievoorziening, dataverzameling of teleurstellende inkomsten de waarderingen abrupt kunnen doen dalen. Veel grote AI-ontwikkelaars draaien momenteel nog verlies op hun technologie.

Toch suggereert Nvidia’s rapport dat de vraag naar gespecialiseerde chips voor AI-datacenters onverminderd hoog is en mogelijk nog sterk zal groeien. CEO Jensen Huang stelt dat we nog aan het begin van de AI-revolutie staan; toekomstige toepassingen zoals zelfrijdende auto’s en humanoïde robots zullen naar verwachting extra rekenkracht vragen. Conclusie: Nvidia is voorlopig goed gepositioneerd, maar waakzaamheid blijft geboden gezien de brede marktrisico’s.