AfD scoort flink in Noordrijn-Westfalen bij eerste electorale test voor bondskanselier Merz

In dit artikel:

De rechtsradicale AfD is bij de gemeenteraadsverkiezingen in Noordrijn-Westfalen fors gegroeid: van circa 5 procent vijf jaar geleden naar ongeveer 16 procent nu, waarmee de partij de op twee na grootste kracht in de deelstaat is geworden. De CDU blijft met ruim een derde van de stemmen de grootste partij; de SPD zakte bijna 2 procent tot iets meer dan 22 procent. De Groenen, die vijf jaar geleden nog rond de 20 procent haalden, verloren ongeveer een derde van hun steun.

De uitslag, gehouden als eerste electorale toets voor de federale regering van CDU-kanselier Friedrich Merz (die in mei aantrok), weerspiegelt onvrede over economische problemen: langdurige recessie, stijgende werkloosheid en verwaarloosde stedelijke gebieden, met name in het Ruhrgebied. Daar winnen de thema’s van de AfD – striktere migratiepolitiek, harde aanpak van criminaliteit en minder uitgaven aan dure duurzaamheidsprojecten – veel aan gehoor, vooral in industriesteden als Duisburg en Gelsenkirchen.

De AfD breidt daarmee haar draagvlak verder uit buiten de traditionele Oost-Duitse bolwerken en zal in veel meer gemeenten invloed krijgen op lokaal beleid. CDU-voorman Hendrik Wüst sprak van een “fantastische prestatie”; SPD-voorzitter Bärbel Bas noemde de terugval “geen ramp”, maar erkende dat de daling niet is gestopt. Over twee weken volgen nog beslissingsrondes voor burgemeesters; voor het eerst is het reëel dat AfD-kandidaten ook in die tweede rondes meedoen. De winst zal ook in Berlijn — en voor de nieuwe federale coalitie — voelbaar zijn.