Advocaten eensgezind dat levenslang niet past voor moord op Peter R. de Vries
In dit artikel:
De advocaten van de drie verdachten in de moord op misdaadjournalist Peter R. de Vries reageren verbijsterd op het levenslange strafeis dat het Openbaar Ministerie op 9 oktober opnieuw stelde. Het gaat om Kamil E., die onlangs in hoger beroep een deel van zijn betrokkenheid toegaf, schutter Krystian M. en de man die de schutter zou hebben aangestuurd, Delano G. Volgens justitie hoort deze aanslag thuis in hetzelfde kader als eerdere liquidaties rond het Marengo-proces — waaronder de moord op de broer van kroongetuige Nabil B. en het doodschieten van advocaat Derk Wiersum — en rechtvaardigt die context een ultieme straf.
De verdachten en hun raadslieden verzetten zich tegen dat beeld. Zij benadrukken dat een enkele liquidatie doorgaans tot lagere straffen leidt en wijzen op de extreme druk waaronder hun jonge cliënten zouden hebben gehandeld. Kamil E. bekende dat hij oorspronkelijk van plan was De Vries te doden, maar zou daarvan zijn afgezien; omdat hij te veel wist, bleef hij volgens eigen zeggen toch betrokken als chauffeur van de vluchtauto. E. en Delano G. werden ongeveer drie kwartier na de aanslag aangehouden.
Advocaten pleiten voor een realistische en individuele beoordeling van de zaak, met aandacht voor de complexe omstandigheden en de soms dwingende sociale druk binnen de criminele wereld. Zij stellen dat sprake kan zijn van psychische overmacht en vragen in het geval van E. zelfs vrijspraak; mocht het hof hem wel schuldig achten, dan achten ze een gevangenisstraf rond de achttien jaar passend. De verdediging wijst erop dat levenslang doorgaans wordt opgelegd bij veroordelingen voor meerdere moorden, zoals in eerdere zaken (Marengo, Eris), en betoogt dat die “ultieme” straf hier niet op zijn plaats is.