Advocaat Theo Hiddema richt pijlen op 15-jarig slachtoffer van 'verkrachting': 'Er was evident sprake van eigen schuld'
In dit artikel:
In Arnhem staat een 38-jarige man terecht op beschuldiging van verkrachting van een 15‑jarige plaatsgenoot. De officier van justitie zegt dat de man twee keer seks had met de jongen; de tweede keer werden zij op 9 januari betrapt door twee handhavers in een auto op een donkere parkeerplaats bij de spoorbrug over de Drielsedijk. Uit chats bleek dat kort voor kerst al een eerdere seksuele ontmoeting op dezelfde plek had plaatsgevonden. In de rechtszaal was het slachtoffer voortdurend emotioneel.
Advocaat Theo Hiddema verdedigt de verdachte fel en zet zwaar in op eigen schuld van het slachtoffer: de verdediging benadrukt dat de jongen 15,5 jaar was en volgens Hiddema wist waar hij mee bezig was. Hiddema noemt de hele strafzaak schadelijk voor zowel cliënt als slachtoffer en probeerde eerder te schikken; hij verzocht de rechtbank geen straf op te leggen. De rechter moest herhaaldelijk de felheid van Hiddema temperen.
De verdediging erkent dat de verdachte fouten heeft gemaakt — hij zegt de jongen via Snapchat te hebben leren kennen, zijn leeftijd niet te hebben gecheckt en niet op minderjarigen uit te zijn — maar ontkent dwang. De officier wijst er echter op dat sinds de invoering van de Wet seksuele misdrijven ruim een jaar geleden bij minderjarigen van 15 het criterium van dwang niet langer noodzakelijk is: een kwetsbare tiener kan de gevolgen van seks niet voldoende overzien. Daarom eiste de aanklager twee jaar celstraf, waarvan zes maanden voorwaardelijk, terwijl zij rekening houdt met het berouw van de verdachte.
De rechtbank doet over ongeveer twee weken uitspraak. De zaak illustreert zowel de juridische gevolgen van de nieuwe wetgeving als de emotionele en controversiële dynamiek in zedenzaken met minderjarigen.