Aantal huurwoningen neemt af: verkoop huurwoningen nog steeds 'opvallend hoog'
In dit artikel:
Het Kadaster meldt voor het tweede kwartaal van 2025 een daling van het aantal particuliere huurwoningen in Nederland — voor het eerst sinds het register daar in 2010 mee begon. Investeerders verkochten in het afgelopen jaar ruim 16.000 huurwoningen en kochten ongeveer 7.800 terug, waardoor de totale niet‑corporatieve huurvoorraad krimpt.
Belangrijke drijfveren zijn nieuw beleid en fiscale prikkels: de Wet betaalbare huur voert een puntenstelsel met maximumhuren in, waardoor veel kleinere verhuurde woningen financieel minder aantrekkelijk zijn geworden voor beleggers. Bovendien spelen maatregelen als veranderingen in de overdrachtsbelasting, opkoopbescherming en aanstaande aanpassingen in de box‑3‑heffing mee, waardoor particuliere beleggers steeds vaker besluiten te verkopen.
De aankopen die nog plaatsvinden zijn vooral grotere woningen: meer dan 80% van de recent aangeschafte huizen heeft een oppervlakte boven 95 m2. Dergelijke panden vallen eerder in de vrije sector waar geen maximale huur geldt, terwijl kleinere woningen die voorheen hoge huren opleverden nu juist massaal van de particuliere verhuurmarkt verdwijnen. Volgens het Kadaster leidt dit enerzijds tot meer kansen voor koopstarters (veel verkochte huurwoningen worden door kopers gekocht), maar anderzijds vermindert het de mogelijkheden voor huurders die afhankelijk zijn van betaalbare kleinere woningen.
Demissionair minister Keijzer heeft wijzigingen voorgesteld om het effect op de markt te temperen. De plannen wijzigen het puntensysteem voor de middenhuur zodat de WOZ‑waarde zwaarder telt, kleine monumenten hogere huren mogen vragen, woningen zonder buitenruimte geen minpunten meer krijgen en er meer tijdelijke contracten voor studenten mogelijk worden. Na een openbare consultatie gaat het voorstel naar de Tweede Kamer; de beoogde versoepelingen zouden op 1 januari volgend jaar ingaan.