6 strategieën om met de socialmedia-spagaat en grillen van Big Tech om te gaan
In dit artikel:
De afhankelijkheid van Big Tech staat steeds meer op gespannen voet met kritiek op privacy, macht en politieke invloed. De auteur bespreekt die spagaat — kritisch zijn op platforms als Meta en X, maar tegelijkertijd afhankelijk van ze voor bereik, netwerk en inkomsten — en presenteert zes praktische strategieën voor organisaties en individuele gebruikers om daarmee om te gaan.
Achtergrond: sinds de zichtbare verstrengeling van tech-wereld en politiek (zoals de inauguratiefoto van Trump) en recente discussies over factchecking bij Meta, groeit de roep om alternatieven. Toch tonen gegevens uit het Nationaal Social Media Onderzoek 2025 van Newcom Research dat gedragsverandering beperkt is: WhatsApp nam toe in dagelijks gebruik (van 10,4 naar 11,6 miljoen), terwijl Signal juist daalde. Voor veel gebruikers wegen gemak en bestaande netwerken zwaarder dan idealen.
De zes strategieën
1) Blijven
Voor veel mensen en beheerders van grote groepen is weggaan praktisch onmogelijk. Facebookgroepen met tienduizenden leden (bijv. Kamers Gezocht, Moestuin, lokale dorpsgroepen) vervullen community- en informatiebehoeften die niet één-op-één te migreren zijn. De beheerder Eva van Drie (79), die een dorpsgroep met bijna 5.000 leden runt, illustreert dat schaal en sociale binding overstappen verhinderen; verandering kan volgens velen beter via regelgeving dan door individuele boycots.
2) Bevragen
Sommigen pleiten voor weggaan uit problematische platforms, maar de auteur waarschuwt dat massale vertrek ook nadelige effecten heeft: wie corrigeert of bestrijdt desinformatie als kritische deelnemers vertrekken? Het is belangrijk besluiten om op of van een platform te blijven weloverwogen te bevragen, met oog voor democratische effecten en polarisatie.
3) Bestrijden (obfuscation)
Een tactiek om profiling door algoritmen te bemoeilijken is obfuscation: gebruikers delen toegangen en posten via meerdere apparaten en accounts, zodat platforms geen stabiel profiel kunnen opbouwen. Een voorbeeld is het werk van Samantha Mosley, die samen met vrienden een netwerk gebruikt om metadata en locatiepatronen te verwarren, waardoor aanbevelingsalgoritmen minder effectief worden.
4) Balanceren
Veel mensen gebruiken naast privacyvriendelijke diensten toch massale platforms uit praktische nood (familie op WhatsApp, zakelijke contacten op LinkedIn). Een belangrijke oorzaak is gebrek aan interoperabiliteit: systemen praten niet met elkaar. De EU probeert dit te veranderen met de Digital Markets Act (DMA), die grote communicatiegatekeepers verplicht interoperabiliteit toe te staan; dat betekent echter niet dat alternatieve diensten meteen meedoen. Daarom kiezen gebruikers vaak voor een mix van platforms.
5) Beheersen (POSSE)
Om minder afhankelijk te zijn van “gehuurde grond” is de POSSE-aanpak relevant: publiceer primair op je eigen website en syndiceer naar sociale netwerken. Door nieuwsbrief, blog of eigen site centraal te zetten behoud je controle over content en bereik, en gebruik je sociale platforms vooral als uithangbord.
6) Beëindigen
De auteur deelt persoonlijke stappen: hij stopte begin 2024 met Twitter en omarmde later Mastodon, een gedecentraliseerde optie waarvoor je een server moet kiezen — technischer en minder intuïtief voor veel mensen, maar wel migratievriendelijker tussen servers. Bluesky daarentegen blijft meer gecentraliseerd. Echt overstappen vraagt tijd, technische drempels en het opnieuw opbouwen van volgers.
Slot en vooruitzicht
De schrijver verwacht dat een gezond toekomstbeeld van social media decentraal en interoperabel is: meerdere onafhankelijke servers die met elkaar communiceren en waar algoritmische regie minder dominant is. Dat vereist echter inzet van gebruikers (tijdlijnbeheer, opnieuw volgers opbouwen) en soms politieke of wettelijke stappen. Conclusie: er is niet één juiste keuze; wie principieel wil zijn, moet vaak investeren of compromissen sluiten — of proberen het systeem te veranderen in plaats van alleen het eigen gedrag.