'1 op de 3 federale Belgische politieagenten geconfronteerd met corruptie en inmenging'
In dit artikel:
Een interne enquête uit 2024, waar meer dan 1.200 medewerkers van de Belgische federale politie aan meededen en die door VRT is ingezien, toont dat ongeveer een derde van de agenten binnen de organisatie signalen van corruptie of inmenging ervaart. Klachten betreffen pogingen tot omkoping, verdwenen geld, het doorspelen van dossiers aan onbevoegden, ongepaste informatieverzoeken en politieke druk om onderzoeken te vertragen of te staken.
Ongeveer de helft van de ondervraagden meldt persoonlijke banden met mensen die in politiedossiers voorkomen; ook worden romantische relaties tussen politie en leden van de rechterlijke macht genoemd als bron van informele informatie-uitwisseling. Meerdere agenten zeggen dat meldingen intern zonder vervolg blijven; een medewerker geeft zelfs aan dat een leidinggevende een extern onderzoek zou hebben tegengehouden "om geen slechte publiciteit te veroorzaken".
Kamerlid Matti Vandemaele noemt de bevindingen "uitermate verontrustend" en waarschuwt dat dit de rechtsstaat ondermijnt; hij wil dat minister Bernard Quintin en de hoogste politieleiding in het parlement worden gehoord. Eerder interne rapporten wezen al op een giftige werkcultuur en grensoverschrijdend gedrag; commissaris-generaal Eric Snoeck erkende deze problemen en kondigde versterking van de integriteitsdienst en een klokkenluiderssysteem aan.